Niet minder dan 200 beelden en plastieken van 100 hedendaagse kunstenaars, onder wie opvallend veel jongeren, zijn aanwezig op de gistermiddag onder grote belangstelling door wethouder S. Sannes in het Groot Auditorium der Leidse Universiteit
als onderdeel der komende Lustrumviering geopende prachtig expositie „Tijdsbeeld '65". Deze hebben een plaats gevonden in de royale en schitterend aangelegde tuinen van de „Hortus Botanicus", waar het wandelen op zichzelf reeds een uniek genot is,alsmede in de Oranjerie van de Hortus.
De beelden en plastieken zijn afkomstig van kunstenaars, die de figuratieve, dan wel de abstracte richting aanhangen, alsmede diverse andere veelal tegenstrijdige stromingen. Als geheel geeft deze expositie, waar op een enkele uitzondering alle vooraanstaande
kunstenaars vertegenwoordigd zijn,een uitnemend overzicht van alles wat hen tegenwoordig beweegt.
Wethouder Sannes verwelkomde de vele aanwezige autoriteiten en wees, er op dat deze tentoonstelling voortgesproten is uit een initiatief, dat twaalf jaar geleden door het Gemeentebestuur genomen is. In het jaar 1954 werd als gevolg hiervan de expositie,Hedendaagse beeldhouwkunst" op den Burcht gehouden (37sculpturen), in 1960 volgde in de Hortus wederom een beelden expositie en werd besloten deze eenmaal in de vijf jaar te houden, telkens samen vallend met het lustrum van de universiteit. In 1954 waren er 7000, in 1960 ruim 10.000 bezoekers. Sannes hoopte, dat ook deze expositie totstandgekomen door samenwerking tussen stad en universiteit een succes zou mogen worden: de hedendaagse kunst geeft aanleiding tot veel gesprekstof.
Drs. J. N. van Weasem, die belast was met de organisatie van deze expositie hield vervolgens een korte inleidende beschouwing, waarbij hij opmerkte, dat enkele beelden helaas niet beschikbaar waren, om dat zij thans op andere tentoonstellingen aanwezig zijn. Ook hij hoopte, dat men een goed inzicht zou verkrijgen, omtrent datgene, wat in deze artistiek onzekere, stormachtige tijd, gemaakt wordt.
Deze expositie, waarop wij t.z.t. nader terug hopen te komen, getuigt inderdaad van een grote veelzijdigheid, geeft daarbij een doorsnee op uiteenlopend niveau. Men heeft daarbij ditmaal niet een indeling naar genres gemaakt, doch de inzendingen staan door elkaar —
speciaal in de Oranjerie hetgeen veelvuldig de „schok der opinies" verhevigen zal.
Er zijn talrijke namen van grote kunstenaars, wier reputatie zich tot ver over de landsgrenzen uitstrekt.
Hun werken van steen, brons, marmer, gaps, hout, glas, ijzer enz, waarbij veel originaliteit te onderkennen valt, zullen de bezoekers ongetwijfeld boeien, in vele gevallen wellicht ook: wel verontrusten.
Maar zeker is, dat het tijdsbeeld, dat hier gegeven wordt, leerzaam is en tot diep nadenken stemt.
Van de Leidse kunstenaars zijn scheppingen te zien van Frans de Wit (Torso),Jan Maaskant („Bloem", „Het grote oor" en „Vogel en vis”) , Joop van Kralingen
(Stiertje) en Henny Bal uit Noordwijk (,Houten toren", „Zendschip".